Natuurlijk kun je deze ook in 'full-size' maken. Maar deze 'bite-size' hapjes zijn bij ons het meest favoriet. De meiden vinden het geweldig om ze te helpen maken. En wonder boven wonder blijft er altijd genoeg appel over om de flapjes mee te maken ;-). Je kunt er eventueel ook wat sultana-rozijnen doorheen doen. Van ons hoeft dat niet, maar het past er prima bij.
Voor 32 flapjes:
3 zoetzure appels, geschild en in hele kleine stukjes
8 plakjes bladerdeeg (uit de diepvries; ontdooid)
suiker en kaneel naar smaak
1 ei, losgeklopt
Verwarm de oven voor op 220 graden.
Meng de stukjes appel met suiker en kaneel naar smaak (let op de lepel: dat geeft een hint over wie dat bij ons heeft gedaan... inderdaad: de meiden!).
Snij de plakjes bladerdeeg in 4-en. Leg in elke hoek een klein schepje van het appelmengsel. Klap de andere kant van het deeglapje er overheen en 'prak' de open zijkanten vast met een vork.
Leg het flapje op bakpapier of zo'n siliconen bakvel.
Ga zo door tot alle bladerdeeg op is. Bestrijk de flapjes met het losgeklopte ei en zet ze dan ca 20 minuutjes in de oven. Controleer na een minuutje of 17 vast even of ze al klaar zijn of nog even in de oven mogen (qua kleur).
Je kunt ze warm opeten, maar wij vinden ze koud het lekkerst. Je kunt trouwens een lauwwarm mini-appelflapje ook op een bordje leggen met een bolletje vanilleijs om een heel simpel, maar lekker, dessert te maken. Ook zijn de mini-appelflapjes heel goed in te vriezen.
Eet smakelijk!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten