Dit is één van mijn favoriete vlaaien: rijstevlaai (en dan vooral met kersen)! Hoewel ik het al wel vaker gemaakt heb, heb ik nu een volledig nieuw recept gebruikt. Het is een samenraapsel van verschillende andere recepten: een soort bodem die ik nog niet eerder had geprobeerd en de vulling van een ander recept (met échte vanille en kaneel in plaats van vanillesuiker en kaneelpoeder). Zelf heb ik m'n oude vertrouwde manier van kersen er op doen en slagroom bereiden op losgelaten, dus van dat gedeelte was ik verzekerd van succes.
Het resultaat was een lekkere, frisse, rijstevlaai. De vlaai op zich (met alleen slagroom er op) vond ik een beetje saai (en Arjan te 'melkachtig'... en hij houdt dus niet van melk), maar het geheel in combinatie met de kersen was perfect. De bodem is ook iets om te onthouden. Vaak vind je recepten met een soort brooddeeg-bodem. Op zich lekker, maar altijd mijn minst favoriete deel van de vlaai. Dit was duidelijk een verbetering.
Ingrediënten:
125 gram paprijst
125 gram suiker
2,5 dl slagroom
1,25 l volle melk
1 kaneelpijpje
1 vanillestokje
2 eieren (gesplitst)
1 snufje zout
250 gram bloem
10 gram verse gist (of 5 gram droge)
10 gram suiker
1,25 dl melk
75 gram zachte boter
1 (grote) pot kersen zonder pit
1 zakje heldere taartgelei
3,5 dl slagroom
2 scheppen suiker
1 zakje klop-vast
extra nodig: vlaaivorm van ca 28 cm doorsnede (die heb ik niet, maar een pizzavorm van hoge randen werkt ook!)
Breng de melk (met de slagroom, rijst, suiker, kaneelpijpje en vanillestokje) aan de kook. Kook het tot de juiste dikte (kijk even op het pak van de paprijst voor de geadviseerde kooktijd; eventueel iets langer koken dan daar vermeld staat).
Kneed ondertussen van de bloem, gist, suiker en melk een deeg. Voeg de boter als laatste toe en kneed het door tot een soepel deeg. Leg dit in een doek en laat het ongeveer 15-20 minuten rijzen.
Verwarm de oven voor op 200 graden.
Sla de eiwitten stijf met een snufje zout (zorg er voor dat de kom en de garde/mixer vetvrij zijn!). Roer de eierdooiers los. De rijstepap zal ondertussen wel klaar zijn. Neem deze van het vuur en laat het een beetje afkoelen (vergeet niet om regelmatig te roeren, anders komt er zo'n vies vel op, brrr.....).
Neem het deeg uit de doek. Sla het helemaal plat, zodat alle lucht er uit is. Rol het uit tot een grote (ronde) lap en leg het in de vorm. Zorg er voor dat de bodem en de randen goed bedekt zijn. Als er stukjes deeg over de rand steken, dan snij je dat weg.
Roer de eierdooiers eerst door de (iets afgekoelde) rijstepap. Spatel daarna voorzichtig het stijfgeslagen eiwit er door heen. Doe dit mengel in de vorm en zorg er voor dat het netjes verdeeld is (vul hem tot aan de rand; bij het bakken komt het wel omhoog, maar dat zakt bij het afkoelen weer in). Bak de taart ongeveer 20-25 minuten in de oven. Het resultaat:
Laat de taart afkoelen. Giet ondertussen de kersen af en vang het vocht op. Neem ruim 300 ml van het vocht (als er over is, mag je de rest weg gooien). Haal hier een paar eetlepels uit en roer daarmee de taartgelei los. Breng de rest van het vocht aan de kook. Voeg de losgeroerde taartgelei er aan toe en blijf goed roeren. Als het iets lobbig begint te worden voeg je de kersen toe en roer je die er goed door. Verdeel dit van het midden uit over de afkoelende vlaai. Laat de buitenste rand hierbij vrij.
Klop 3,5 dl slagroom stijf met twee scheppen suiker en 1 zakje klopvast. Spuit hiermee een mooie sierrand op de vlaai en zet de vlaai daarna even in de koelkast om helemaal af te koelen.
Eet smakelijk!
maandag 6 april 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Lekker ! *noteert in gedachten 'kersenvlaai'* ;-)
BeantwoordenVerwijderen